Aanslag in 1701 op het woonhuis van Beekse schepen

In 1701 vlogen de ruiten massaal uit huis Den Bosch van schepen Sweens aan het marktveld

De Hilvarenbeekse Catharina Fabri was op 12 juni 1685 gehuwd met Diessenaar Johan Sweens en zij woonden in haar geboortehuis, de latere De Roos. Johan was een zoon van de Diessense bierbrouwer Hendrick Sweens in het Paenhuis aan het Laar en hij wist dus van wanten. Bovendien was hij pachter van de bierimpost over Diessen met ingang van 1 oktober 1696. Tot 1718 zou Johan Sweens in Vrijthof 20 als herbergier blijven wonen. In 1687 werd hij nog als actief brouwer genoteerd.
Na een tussenpozen van ruim 12 jaar, brouwde hij in 1702 opnieuw. In 1688 werd hij tavernier genoemd. In dat jaar werd bij hem in de herberg een compromis gesloten in een geschil tussen Nicolaas Jansse van Sprangh en Mayken Wouter Lodewijx. In het bijzijn van de Heer Rijsbosch werd overeengekomen dat Mayken f 40,- zou krijgen. Daarmee zou alle questie doof ende te niet wesen. Van Sprangh zou vanaf dan haar altijd ongemolesteerd laten. Doch door het overlijden van Rijsbosch was de overeenkomst niet meer te vinden. Ten einde wilde Mayken de relatie weer goed maken en nodigde Nicolaas uit … om paesch eyeren te coomen eten. In 1702 werd Johan Sweens aangesteld om in Beek en Diessen de bewegingen van Franse troepen te volgen. Bij gevaar zou hij dan om sauvegardes kunnen onderhandelen. Maar het grote gevaar kwam uit Beek zelf!

In de periode dat herbergier en schepen Johan Sweens de scepter zwaaide in Vrijthof 20 was het nogal onrustig in Beek. Het dorp stond er economisch slecht voor en de spanningen tussen katholieken en gereformeerden liepen soms hoog op. Een enkele keer verspreidde men lasterliedjes en er werd flink op los geroddeld. Het gevolg was dat er een klap- of nachtwaker werd aangesteld. Het geweld was niet alleen tegen de gereformeerden gekant. Ook de katholieke dorpsbestuurders moesten het ontgelden.
Zo was het in 1691 erg onrustig. Nadat de gereformeerde vorster Anthony Pellen was doodgeslagen, werd klepperman Schoofs met messteken om het leven gebracht en zijn kind ontvoerd uit handen van de hervormden. Twee jaar later moesten de woningen van de katholieke schepenen Christoffel Dawans en Peter van Trier het ontgelden. Terwijl zijn collega schepen Niclaes Daniels flink werd afgeranseld met klippels, werd het huis van Johan Sweens aan de Markt aangevallen.

Op 27 februari 1701 diende Sweens in verband met de vernielingen een aanklacht in: de glasen van verleden nacht ontrent even naer eenen uyre door quaetaerdighe menschen ingeslagen. Voor aan de straat waren de deurkozijnen van De Roos helemaal aan stukken geslagen. Ook het kozijn van de keukendeur was flink beschadigd met verscheidene scherpe gereedschappen. Tot slot lagen de ruiten er allemaal uit. Zouden er in die tijd misschien Bekenaren uit eigen belang schepen geworden zijn? Bij De Roos zijn het gelukkig … allemaal vrijwilligers.

Vergelijkbare berichten