Beekse arts maakt dodelijke tuimeling op Dun in 1884

Arts Piet de Lang overleed in 1884 als gevolg van een val van de kar in de bocht op Dun

De Poppelse chirurgijn Frans de Lang, gehuwd met Maria Blankaerts, vestigde zich tijdens een besmettelijke ziekte-uitbraak in Beek. Hij kreeg in 1808 vergunning tot de uitoefening van de heelkunde en hij boerde voortvarend. In datzelfde jaar kocht hij aan de Vrijthof het ‘gesloopte hoekhuis’. De twee oude panden daarnaast, Mechelen en de Swaen, waren reeds van hem.
Hij werd, ten onrechte medicine doctor genoemd, verschillende keren streng gecontroleerd en hij werd ook beschuldigd van ‘piskijken en kwakzalverij’. Toen hij na een tweede huwelijk een nieuwe relatie aanknoopte met Petronella Donkers liep de ruzie met zijn zoon Adriaan zeer hoog op. Ook diens erfenis zinde hem niet, hetgeen te wijten zou zijn aan zijn langdurige studie en promotie als medicinea doctor aan de universiteit van Leuven. Toen Adriaan in 1817 huwde was hij dokter in Hilvarenbeek, Esbeek en Diessen. Zijn zoon Franciscus volgde hem op. Doch die stierf reeds op achtentwintig jarige leeftijd op 1 november 1846.

Diens broer, de genees- en heelkundige ten platte lande Piet de Lang, zou hem pas op 18 mei 1858 opvolgen. Deze gemeente-arts moest de armen van medicijnen voorzien. Verder moest hij, behalve de lijkschouwing voeren, de dienstplichtigen keuren. Maar hij werd vooral bekend als verloskundige, omdat hij alle gegevens opschreef in het fraai bewaarde ‘Verloskunde-journaal’.
Met de hygiëne van de kraamvrouwen nam hij het niet zo nauw: hij liet ze tien dagen ‘ongereinigd en onverschoond’ in bed liggen! In zijn apotheek had hij ook niet alles op orde. In 1881 werd die drie keer afgekeurd: sommige geneesmiddelen voldeden niet aan de eisen, er ontbrak een lijst van de medicijnen, er werden vergiften buiten ‘de kast’ bewaard en enkele flesjes, waarvan soms de inhoud bedorven was, hadden het verkeerde etiket.

Behalve in Beek en Diessen bezocht hij ook klanten in de naaste omgeving. Zo werd hij op 22 februari 1884 vanuit Bladel door Simon Dirks met paard en kar in Beek opgehaald om te assisteren bij een bevalling. De wegen waren in die tijd zeer slecht en voorbij Esbeek ging het in gestrekte draf richting Dun. Toen de voerman over de hobbelige Dunsedijk de stroom gepasseerd was, viel arts De Lang pardoes van de kar en liep daarbij een flinke hoofdwond op. Bij de dichtstbijzijnde boerderij werd hij binnengebracht.
In de tijd van het ongeluk van onze dokter boerde er Hubertus van de Wijdeven. Hij waarschuwde onmiddellijk de pastoor van Lage Mierde, die de arts terstond bediende. Een dag later overleed De Lang in die Dunse boerderij.
De voerman moest meteen in Turnhout een andere arts gaan halen om de hoogzwangere vrouw in Bladel te verlossen. Later zijn er daar op Dun wel meer lichtzinnig van hun fiets gevallen, maar die waren dan zwanger van … het bier van ‘den Bok’!