Brandbrief voor eigenaar van De Roos in 1712
Bekenaar Jan Goossens zou goed in aanmerking kunnen komen als bouwer van De Roos. Het huidige pand lijkt immers uit de vroege achttiende eeuw te dateren: een wel geleegen huysinge en brouwhuis.
Ook de Beek die voor de deur lag, werd opgemaakt. Huybert van Zelst nam het karwei aan voor f 18,-, dat overigens ook te maken had met de bouw van de nieuwe pastorie: twee deuren verder. De Beek moest 4 voet diep en 4 tot 2,5 voet breed worden uitgegraven en aan weerszijden ‘oprossen’ tot 3 rossen hoogte. Hij mocht geen moerachtige rossen gebruiken; ook niet onder de brug.
Jan was voerman, tapper, herbergier en brouwer en hij is wellicht ook de bouwer van het woonhuis Den Bosch daarnaast geweest. In 1715 verklaarde de huisvrouw van Jan niet te sullen tappen. Vanaf 1718 werd in de kelder van Jan Goossens, toen woonde hij in De Roos, bevonden: twee vaeten bredaes bier lopende, een oxhooft bruyn bier lopende, een anker genever lopende en een half anker brandewijn en hij verklaarde te blijven tappen.
Enkele jaren voordat hij De Roos kocht kregen Jan en zijn vrouw een ‘brandbrief ‘ van enkele Bekenaren. Op 16 november 1712 kwam vrouw Anneke om acht uur ’s avonds thuis. Aan het klein poortje voor aan de straat vond zij aan de klink een briefjen gecocketteerd met rode lack en vastgebonden met eenigh touwdraet of werck garen. Toen Jan thuis kwam gaf ze hem geschrokken het onheilspellende briefje, waarvan de gebrekkige inhoud letterlijk luidde:
JAN GOSENS TOT HIELVEREBE
Jan Gosens wij laten u weten soo ghij
De eer van men heer Holaert tot
Mechelen genomen hept niet wederom
Gheft ende in anderen staet en stelt soo
Syt vrij versekert dat dien royen haen
Over u huys krayen sal ende den
Dief leye soo en oock dan condt
Ghylie wederom nae Welde gaen
Dan sulde hier sulcke twist in de
Gemeynte niet maecken daerom siet
wat ghij dot.
Wat achter deze dreigbrief stak is niet duidelijk. Goossens was geboren in Weelde en was daar misschien betrokken geweest bij een ruzie in een herberg. Ook kan er een affaire geweest zijn tussen Goossens en de vrouw van de genoemde heer Hollar.
Hun zoon Jan, die in 1698 geboren werd, schreef zich op 21 april 1720 in Leuven in, maar behaalde geen graad. Hij huwde op 21 april 1722 Marianne Middegaels. Zij was een dochter van de bekende voerman en brouwer Servaes Middegaels in de Sonne. Jan jr. erfde bij notaris Herbert van Oudenhoven te Oirschot De Roos: een huysinge genaamt Den Bosch met brouwerije, ketel, kuyp en verdere toebehoirten en meubelen in voirscreven huyse sijnde. Jan volgde dus zijn vader op als herbergier en bierbrouwer in De Roos. Kan men daar trouwens sinds die dreiging veiligheidshalve ook niet beter … wat ‘vuurwater’ schenken?