Gasstation op de grens in 1965 in gebruik genomen
Dertig jaar na de opheffing van de tram zou pal ten westen van het voormalige overslagterrein een nieuw soort station gebouwd gaan worden: het Gasexportstation. Het enorme gasveld dat in 1959 bij het Groningse Slochteren werd ontdekt, zou naar schatting meer dan 300 miljard kubieke meter gas bevatten. Inmiddels is bekend dat het om 3000 miljard kubieke meter CH4 gaat. De grootste Esbeekse afnemer van dit o zo zuivere doch niet omstreden methaan, de kurk waarop onze economie en welvaart drijft, was de Esbeekse Steenfabriek! Ruim 30% van de productiekosten van een steen zat in de kosten van het gas. De voormalige bewoners van ‘Boerderij Hendriksen’, die over hun grond een enorme gasleiding hadden lopen, waren het zuinigst!
Nederland kent 19 exportstations waarvan dat op de voormalige Esbeekse Tulderheide het grootste is: 75 miljoen kubieke meter per dag. Esbeek exporteert naar België en Frankrijk en is goed voor 30% van de export naar het zuiden. Hoewel de gasstromen aanzienlijk kleiner zijn geworden, wordt er nog steeds veel aandacht besteed aan de nauwkeurigheid van de meetapparatuur. De acht meetstraten, alle voorzien van meetschijven, controleren de hoeveelheid die ons land verlaat. Dit alles nauw gecontroleerd door de centrale commandopost in Groningen.
De naaste buur van Essent, de opvolger van de Gasunie, is het Belgische importstation Distrigas, dat even verderop volledig gerenoveerd is. Beide stations kunnen de gemeten waarde van het gas zodoende goed en snel controleren. Behalve de kwantiteit meten, zuivert men het gas ook van vaste deeltjes en vloeistoffen met behulp van filters. Op de gasbuizen staat ruim 50 atmosfeer druk en als de filters vervangen moeten worden ontstaat tijdens het drukloos maken een langdurig geraas. Als het maar bij dat geraas blijft!
In de nacht van 6 februari 1972 werden de bewoners van de buurtschap Overangel in één klap wakker. Na enkele gigantische explosies brulde er een steekvlam van ruim 70 meter uit een gat in een gasbuis. Op het gasverdeelstation bij Ravenstein had men een terroristische aanslag gepleegd. Tegelijkertijd was een terreuractie in het drukstation bij Ommen mislukt. Wat er van de daders, een man en een vrouw uit Parijs, geworden is blijkt door de Franse slag onduidelijk te zijn. Sindsdien is de bewaking in Esbeek ook erg intensief: dag en nacht wordt er gewaakt met personeel en monitoren. Het dubbele hekwerk is voorzien van infrarood en ’s nachts baadt het complex in het licht. Tot slot worden nog de leidingnetwerken, gemarkeerd met paaltjes met nummers, door helikopters regelmatig gecontroleerd. Op 20 juni 2006 besloot het Beekse college het onverharde gedeelte in de Oude Trambaan bij het gasstation te asfalteren. Verharding was hard nodig om de ‘fietsverbinding en de bereikbaarheid van het gasstation te verbeteren’. Veiligheid staat natuurlijk ‘met klem’ voorop bij massale gasopslag. Maar zit Esbeek in feite niet klem tussen … twee ‘gasstations’?