Kroniek van het deftige huis de Son op de hoek Markt/Koestraat
Mr. Hendrik Boudewijns is in 1540 herbergier in de Son en schepen in Hilvarenbeek. Gielis Thomastar, weert in de Son, ‘behoudt in 1546 de Tiende des Cantors van Beek’. Mr. Hendrik Boudewijns is in 1575 eigenaar van de Sonne en bezit een stede in het Hooch Spul. In november 1577 vertoeft Huybrecht van Malsen, Jonkheer van Tilburg, drie dagen met zijn gezelschap in de Son en moet 17-1-3 gulden afrekenen. Mathijs Anneken de Crom gehuwd met Mechtelden mr. Hendrick Boudewijns bezit in 1601 een gedeelte van de Son noord de Soolpad. Jan Jan Mijss koopt in 1604 een ‘hofstad met den steen en timmerasen daarop staande geheten de Sonne’ oost de Plaatse, zuid de Koestraat en noord de Soolpad van de erfgenamen van Mr. Henrick Boudewijns. Jordaen de Cort wordt op 18 november 1607 in de Son geboren en bezwijkt in 1635 als student te Leuven. De notaris en secretaris Bartholomeus de Cort woont in 1611 in de Sonne. Bartholomeus de Cort bezit in 1612 de IJpelaar met een eigen weg naar zijn huis de Sonne. Mr. Henrick Anthonis Boudewijns is in 1621 schepen en waard in die Sonne en stadhouder van het Hof van Thorn te Gilze. In 1648 staat het ‘Wapen van Tulder’ op een glasraam in de Sonne. De notaris en rentmeester Jan Rijsbosch koopt in 1651 de Sonne voor 2600 gulden. Philippes Rijsbosch laat in 1690 de Sonne na noord de Soolpad en zuid de Koestraat.
In 1690 verhuist pastoor Peter Bruers uit Esbeek naar de Sonne en volgt daarmee pastoor Rijsbosch op. In 1708 lijdt pastoor Bruers veel schade in de Sonne door de inval van de Fransen. Johan Gerard van Hessel, gehuwd met Maria van de Kerkhof, erft na het overlijden van Jacomina Rijsbosch in 1711 de Sonne met het huis daarnaast met de brouwerij noord de Soolpad. De kinderen Hessels verkopen herberg en brouwerij de Sonne aan Servaes Middegaels in 1713. De kinderen Servaes Middegaels verpachten in 1720 brouwerij en huis de Sonne. Jan Middegaels laat in 1749 een deel in de Son na west een Straatje, noord de Soolpad, oost het Marktveld en zuid de Koestraat. Taxatie van de Son in 1749 aan de Plaats voor ¼ van Jan Middegaels. Antony Timmers huurt in 1751 huis en brouwerij de Son. Adriana Middegaels, begijntje aan het Klein Begijnhof te Brussel, verkoopt in 1753 haar deel in de Sonne aan Jan Lemnius. Servaes Goossens koopt in 1759 de Son noord de Solepad. Servaes Goossens verhuurt in 1760 aan Peter Jan Bosmans een brouwerij staande achter de Son van Goossens.
Servaes Goossens laat in 1779 ¾ van de Son, huis en brouwerij, west het Zolenpad na. Johanna Bosmans vererft in 1798 ¼ deel van de Son noord de Zolenpad. Jennemarie Bosmans, weduwe van Sebastiaan Rijken, verhuurt in 1798 een gedeelte van de Son aan de Ronde Plaats aan Adriaan Schepens. Jasper Bosmans verkoopt op 31 juli 1798 huis, hof, stal, schuur en brouwerij de Son aan de Ronde Plaats aan Godefridus Swerts gehuwd met Johanna Wijten. Godefridus Swerts te Vesssem koopt in 1798 de Sonne noord de Zolenpad en zuid de Koestraat van de familie Bosmans en de tuin achter de Sonne oost een Kerkpad groot ½ loopse. In 1802 moet de katholieke schoolmeester, toen het katholieke Beekse gemeentebestuur Jan Peter Carel Hendrikx als schoolmeester wilde handhaven tegen de vroeger benoemde Adam Broeders, met zijn kinderen in de Zon van de weduwe Swerts werken. De Heer van Heusden moet in 1803 hout en stro tegenover de schuur van de Zon in de Koestraat ruimen. Driek Vos start in 1886 een schoenfabriekje achter zijn huis de Zon. In 1910 woont Bart Vermetten in de oude Zon. Inventaris van de Zon in 1930 van Maria Goossens weduwe van de leerlooier Adrianus Mallens. In 1969 bewoont de heer Theunisse de Zon. Een heel oude betekenis van ‘son’ was: zuiden. Past dat minder goed bij de huisige bewoner … Piet Noordermeer?