Zigeuners op het Hoogeind in Esbeek in 1738 gearresteerd
In het midden van de achttiende eeuw werd onze regio veelvuldig bezocht door groepen zwervers. Men sprak in de Hilvarenbeekse politiek van: Zigeuners, Heidenen, Gypten en Egyptenaren. Men dacht dat ze van Egypte afkomstig waren, vandaar de bijnaam ‘gypsy’. Een andere bijnaam was ‘tsigani’ dat we nu nog als zigeuner herkennen. Al in november 1737 werden op de Tulderhoeve samen rottingen van mans en vrouws personen gemeld. Twee verdachte mannen hadden zelfs vroulieden in den avond aangetast en gelt affgenoomen. De Beekse schepenen gingen onmiddellijk maatregelen nemen: de aanwas der gemelte moetwilligheden en geweldenarije moet gestopt worden. Aldus moest elk gehucht met vier man de wacht houden.
Begin februari 1738 was het weer raak. Een groep heidenen kwam op het Hoogeind in Esbeek aan soo als volgens derselve kleur hairen, spraeke en kleedinge comt te bleycken. Men moet in die dagen ongerust hebben toegekeken als ze over de stoffige zandwegen naderden. De boeren werden door de zwartharige en donkerhuidige figuren afgeschrikt; hun sterk getinte huid vond men bepaald foeilelijk. De vrouwen blootsvoets en de haren los of in een doek gebonden en sommigen droegen een breedgerande hoed. Ze waren gehuld in wijde, lange gestreepte mantels afgezoomd met franjes. En altijd kinderen er rondom heen die meereden op kar of paard. Anderen stapten te voet mee, beladen met stokken, potten en ketels: een bonte stoet, een kleurrijk schouwspel!
Om te gaan ‘vernagten’ koos men de boerderij van Hendrik Schepens, waar later familie De Beer via een boerenovertrek vanuit Tilburg naar toe trok. Een van de landlopers was de 19 jarige Josep Flip, afkomstig uit Luik. Het brandmerk op zijn rug had hij in Parijs gekregen ter zake van contrabande. Zijn vrouw Anna Geertruid werd in Gent geboren en zou later ook gearresteerd worden.
Ook de 33 jarige zigeunerin Elisabeth Jansen, die verklaarde ‘in het leger geboren te zijn’, was er bij en werd twee weken later gepakt en in Beek in de gevangenis opgesloten. Haar rug moet er bont en blauw hebben uitgezien: tot vier distincte reysen gegeesselt ende drie maelen te wesen gebrant merckt.
Zij was getrouwd met Francis Moorts, maar die was twee jaar geleden naar Oost-Indië gevaren! Ook zou deze Elisabeth in het open veld wat vuur gestookt hebben om zich te kunnen warmen. Dat was in die tijd ten strengste verboden. Blijkbaar was hun kortstondig verblijf in Esbeek zo goed bevallen dat men twee weken later terugkeerde. Men had met elkaar afgesproken in verschillende huizen te zullen overnachten. Daardoor werd de ‘pakkans’ kleiner en werd de schijn van ‘bende-vorming’ enigszins weggenomen. De Esbeekse rotmeesters wisten toch op woensdag 19 februari 1738 twee groepen heidenen op het Hoogeind te vangen en in de gevangenis in de Beekse toren op te sluiten. Maar bleef Esbeek wel veilig voor … Beekse of Diessense allochtonen?